De gewone man

Dag, mevrouw. Ik zoek de gewone man.

Mag het ook een vrouw zijn?

Nee, de gewone man moet echt een man zijn. Anders wordt het verwarrend.

Dat vind ik wel discriminerend. Dan is het net of er alleen maar mannen op de wereld zijn.

Hoezo? Ik ben op zoek ben naar de gewone man. Toch niet naar de gewone vrouw. Ik heb nog nooit gehoord dat iemand op zoek is naar de gewone vrouw. Kent u een gewone vrouw dan?

Nee, dat niet. Maar ik ken ook geen gewone man. Wat is nou gewoon?

Mijn buurman bijvoorbeeld. Die is ambtenaar. Hij werkt van acht tot vijf op kantoor. Daar drinkt hij zes kopjes koffie uit een milieuvriendelijk bekertje en tussen de middag gaat hij naar de kantine. Dat doet hij iedere dag.

Nou, dan heb je hem toch gevonden? Maar dat noem jij gewoon? Tegenwoordig werkt iedereen thuis en die gewone buurman van jou gaat nog gewoon naar kantoor? Is er iets mis met hem? Heeft hij een afwijking? Een man gaat niet meer van acht tot vijf naar kantoor. Dat is passé. Je bent een beetje een ouwe lul als je nog vasthoudt aan kantoor. Heeft hij soms een slecht huwelijk? Is dat het?

Ja, dat moet ik wel toegeven. Hij is blij als hij bij zijn vrouw weg kan. Thuis ziet hij er altijd slecht uit. Wallen onder zijn ogen. Beetje grauw. Als hij naar kantoor gaat dan denkt iedereen dat hij met Magere Hein gaat bowlen. Maar als hij terugkomt dan is hij weer helemaal fris en fruitig. Een dagje kantoor doet hem zichtbaar goed.

Dan is het geen gewone man. Een gewone man ziet er niet fris en fruitig uit na een dagje kantoor. Die is helemaal uitgewoond en wil alleen nog maar dat zijn eten klaar staat en dat hij op de bank kan gaan liggen.

Welnee, dat is niet meer van deze tijd. Een gewone man moet tegenwoordig zelf het eten klaarmaken. Zodat zijn vrouw gelijk kan aanschuiven als zij thuiskomt van haar werk.

Nou, bij mijn buurman is dat niet het geval. Zijn vrouw is huisvrouw. Het is echt een gewone vrouw die nog thuis is en voor de kinderen zorgt.

Dan is het geen gewone vrouw. Kinderen voed je niet meer zelf op. Die gaan naar de kinderopvang. Dan haal je ze 's avonds op, stop je ze in bed en breng je ze de volgende ochtend weer terug naar de opvang. Zelf opvoeden is ouderwets. Als je weet hoe je kinderen heten dan is dat ruim voldoende. De rest kun je overlaten aan de kinderopvang. De gewone vrouw van tegenwoordig gaat niet voor de kinderen zorgen. Die maakt carríère.

Nou, dan is mijn buurvrouw geen gewone vrouw. Ze maakt het huis schoon, dweilt, boent de ramen. En ze houdt haar tuinpaadje schoon. Nee, mijn buurvrouw is echt een vrouw die van wanten weet. Die maakt ze ook zelf. Voor de kinderen. Voor als ze die zelf in de winter op de fiets naar school brengt. En ze stopt hun kousen.

Hartstikke leuk. Maar ik ben niet op zoek naar uw buurvrouw. Ik ben op zoek naar de gewone man. Dat kunt u wel discriminerend vinden maar dan valt uw buurvrouw toch echt af.

Hendrik van hierboven dan? Die draagt een luier en zit in een rolstoel. Als hij boos wordt dan gooit hij zijn TV door het raam.

Nou, ik weet niet of dat een gewone man is. Ik zoek meer iemand die alle kenmerken van de man in zich verenigd heeft. Echt een gewone man.

Willem van de overkant misschien? Die loopt altijd in een driedelig pak en rijdt in een Tesla. Sergio Herman komt drie keer in de week zijn eten koken.

Nee, dat is een beetje over de top. Een groot deel van Nederland is arm. Die hebben geen eten. Van Sergio Herman hebben ze nog nooit gehoord en een Tesla kunnen ze al helemaal niet te betalen.

Zijn buurman dan? Die rijdt op een driewieler, haalt zijn eten uit de vuilcontainer en heeft maar één broek. Daar lapt hij ook de ramen mee.

Nee, dat is geen gewone man. Ik zoek een gemiddelde man. Een man die alle eigenschappen van de man in zich verenigd heeft. Zo eentje waarvan je gelijk zegt 'dat is de gewone man'.

O, maar dan zoek je Sjonnie. Die denkt dat hij Brad Pitt is. En Rico Verhoeven. En Albert Einstein. Hij weet meer van voetballen dan Johan Cruijff en heeft nog nooit gehoord van zittend plassen. De gewone man is gewoon Sjonnie. Loop even naar het eind van de straat. Als je door zijn raam kijkt dan zie je hem liggen. Hij ligt altijd met zijn hand in zijn broek op de bank te ruften.